In de nacht van maandag op dinsdag is de federale overheid in de Verenigde Staten ‘op slot gegaan’, een zogenaamde shutdown. Dit houdt in dat alle “niet-essentiële” overheidszaken moeten worden gestopt door de federale overheid. Het komt in dit geval neer op 800.000 ambtenaren die met onbetaald verlof zijn gestuurd, voor onbepaalde tijd. Musea en nationale parken zijn gesloten, voedselhulp wordt gestopt, studentenbeurzen worden niet uitbetaald en ziekenhuisafdelingen, zoals poliklinieken, zullen sluiten.

De aanleiding van de shutdown is een politiek conflict tussen Republikeinen en Democraten. Ze kunnen het niet eens worden over de overheidsfinanciën. Knelpunt was vooral de ‘Obamacare’ waarvan de Republikeinen willen dat het een jaar wordt uitgesteld. Inmiddels is de overheid dus dicht, voor onbepaalde tijd, maar ironisch genoeg is de wet voor de ‘Obamacare’ wel gewoon in werking getreden.

Hoe lang het gaat duren is onduidelijk. De laatste keer dat de Amerikaanse overheid dicht ging, in 1996, duurde het 28 dagen. Zelf had ik nog nooit gehoord van een zogenaamde shutdown en hoe meer ik erover lees, hoe meer ik me begin te verwonderen over het feit dat het bestaat. Waarom zou je als overheid ‘dicht’ kunnen gaan? Wat voor enorme gevolgen zal dit hebben voor het land?

De New York Times maakte in ieder geval een mooi overzichtje met wie er voorlopig thuis moeten blijven en wie er nog wel naar hun werk gaan: http://www.nytimes.com/interactive/2013/09/27/us/who-goes-to-work-during-government-shutdown.html?_r=2&

Bron afbeelding: NRC