Maar dan ook echt helemaal niets. Natuurlijk, in mijn hoofd is er al heel veel. Grote verhalen staan klaar om verteld te worden. Verbanden zijn gelegd. Verschillende perspectieven verkend. Ik kan je er alles over vertellen. Maar op papier: niets.Ik heb het over de masterscriptie. Het struikelblok waar iedereen altijd zo enorm veel langer mee bezig is dan gepland. Mijn probleem is nu dat het me maar niet lukt te beginnen aan hetgeen waar ik langer dan gepland mee bezig kan zijn.
De afgelopen vijf jaar heeft de masterscriptie als een schaduw boven m’n hoofd gehangen. Niet als een enge schaduw, maar meer een schaduw vol belofte. Misschien kan ik beter zeggen: de afgelopen vijf jaar heeft de masterscriptie als een glinsterende regenboog boven m’n hoofd gehangen. Bij elk zesje dat ik haalde hield ik mezelf voor dat dat niet uitmaakte. Uiteindelijk zou het gaan om het grote sluitstuk, de grande finale, de scriptie! Daar ging ik echt mijn best voor doen, dan ging ik alles opzij zetten en excelleren. In mijn scriptie kon ik al mijn interesses kwijt en er nog meer over leren. Dan zou ik elke dag in de UB zitten en elke ochtend verheugd op de wekker wachten zodat ik weer kon schrijven. Logisch gevolg van deze inspanningen zou uiteraard zijn dat de scriptie briljant werd en dat iedereen hem wou lezen en dat hij enorme maatschappelijke veranderingen teweeg zou brengen. Dat spreekt voor zich, natuurlijk.
Nou, het moment om mijn ongelooflijke genie en protestantse werkethiek in de praktijk te brengen is nu gekomen. En ik moet eerlijk bekennen dat het, nadat ik drie weken over een opzet gedaan heb, een beetje tegenvalt allemaal. Want daar zit je dan met je leuke ideeën. En ik heb wel wat gedaan, hoor: een aantal boeken gelezen, wat documentaires gezien, interviews gelezen, artikeltje erbij, heel interessante gesprekken gevoerd, enzovoort. Jeetje, wat ben ík goed bezig en wat wéét ik veel. Als mensen me vragen waar ik nou precies mee bezig ben, kan ik ze ook uitgebreid onderrichten in mijn onderwerp, onderwijl gewichtig kijkend.
Maar het papier is blanco.
Hoe begin je aan een scriptie?! Hoe zet je de eerste letters op papier? Wat ga je doen? Behalve de was, en de vloer dweilen, en de oven schoonboenen, even hardlopen, taartje bakken, nagels lakken, filmpje kijken, koffiebonen malen, dag voorbij, OEPS.
Ondertussen voelt het steeds meer alsof ik niet een scriptie van een aantal tientallen pagina’s moet schrijven, maar een hele wereld moet scheppen. De glinsterende regenboog is een donkere, zware mist geworden. Hoe deed God dat, die eerste dag? Hoe wist hij waar hij moest beginnen?
Ik kan niet wachten tot het moment dat er een pak papieren voor me op tafel ligt en ik op mijn rustdag op deze plek een column schrijf onder de titel “En zij zag dat het goed was”.
Een column door Anna Herngreen
Weet je Anna, God zag dat het goed was en kijk waar we nu zijn met de wereld! Ecologische rampen, oorlogen,… Misschien ben jij gewoon kritischer dan God en zeg je niet dat iets goed is totdat het goed is. Deze column is in ieder geval een goed idee 😉